Konijnen mee naar huis

Alles over konijnen

Konijnen mee naar huis

Gefe­li­ci­teerd! U heeft zojuist een konijn of misschien zelfs meerdere konijnen bij ons geadop­teerd. Wat fijn dat u ze hiermee samen een thuis geeft.

Wat kunt u verwachten, waar moet u op letten?

U heeft bij ons u eigen konijn aan een ‘nieuwe liefde’ laten koppelen of een al bestaand koppel geadop­teerd. In beide gevallen geldt dat er thuis een nieuwe situatie ontstaat voor zowel de konijnen als de baasjes. 

Konijnen koppelen

Een koppeling bij Animal Home duurt over het algemeen zo’n 1–7 dagen. In die tijd obser­veren wij de konijnen goed en maken we een inschat­ting van de slagings­kans van de koppeling. Het is belang­rijk dat de konijnen elkaar regel­matig opzoeken, samen zitten, samen eten en misschien elkaar zelfs al wassen. Maar dan zijn we er nog niet! Het koppel­proces gaat thuis verder. Meestal gaat het thuis eerst een stapje achteruit voordat het niveau van de opvang weer bereikt is. Dat is logisch, want uw eigen konijn komt immers terug in eigen terri­to­rium en het nieuwe konijn moet juist heel erg wennen aan alle nieuwe indrukken en moet zijn plekje veroveren.

Rangorde en territorium

Konijnen hanteren een rangorde. Tijdens de koppeling hebben wij dit proces geob­ser­veerd. Thuis zal het bepalen van de rangorde doorgaan. Op het moment dat u de konijnen mee naar huis neemt, zijn wij er zeker genoeg van dat het thuis niet op vechten uit zal draaien. Die garantie kunnen wij echter niet voor 100% geven. Dat is van meerdere factoren afhan­ke­lijk, zoals bijvoor­beeld de huis­ves­ting. Het is belang­rijk dat u de konijnen na de koppeling in onze opvang niet meer scheidt. Ook voor konijnen die als koppel geadop­teerd worden geldt dat ze op nieuw terrein weer even uit moeten maken wie de baas is. Dit is normaal gedrag.

Huis­ves­ting

Het is belang­rijk dat de konijnen voldoende ruimte hebben om elkaar te ontlopen én dat er voldoende schuil­mo­ge­lijk­heden zijn met meerdere in- en uitgangen, zodat geen van de konijnen inge­sloten kan komen te zitten. Een koppel konijnen heeft te allen tijde, dus dag en nacht, genoeg bewe­gings­ruimte nodig. Het liefste 4 m². Sluit de konijnen niet op in een hok of kooi, ook niet voor alleen de nacht! Een kooi of nachthok biedt dag en nacht toegang tot een voldoende grote ren. In een te krappe ruimte zal de frus­tratie zich opbouwen, wat kan leiden tot vechten. Een dubbel hok (met een etage) is geen verdub­be­ling van de bewe­gings­ruimte van de konijnen; daar hoort dus nog tot minimaal 4 m² aan ruimte bij. Door een hok uit te breiden met een goede, stevige ren is de ruimte vrij makkelijk te vergroten. Advies nodig? Vraag ernaar in onze opvang. 

Net na een koppeling kan teveel ruimte er juist toe leiden dat de konijnen elkaar gaan ontlopen. Het is daarom zinvol om de beschik­bare ruimte voor het nieuwe koppel de eerste twee weken iets terug te brengen Na zo’n 2 weken kunt u ze dan (staps­ge­wijs) meer ruimte geven.

De eerste dagen — focus op elkaar

Als de konijnen thuis zijn, laat ze dan de eerste dag met rust. Zorg dat ook kinderen zich hier aan houden! Observeer ze wel, maar laat ze eerst aan elkaar en aan de nieuwe situatie wennen. De aandacht voor u komt later. Laat ook niet één van de konijnen uit de ren, ook al is die dat wel gewend. Daarmee verstoort u de koppeling. Vanaf de tweede dag kunt u wat meer toena­de­ring zoeken en rustig de ren in gaan, zodat het nieuwe konijn u ook kan leren kennen.

Obser­veren

Observeer hoe de konijnen zich gedragen. Lopen ze het trapje op om naar boven of beneden te gaan, kunnen ze de waterfles/drinkbak vinden, ziet u beide konijnen eten? Omdat alles spannend is, kan het zijn dat ze op één plek of één etage blijven zitten. Dat is niet erg. Ga dit niet forceren. Zorg dat op meerdere plekken water, hooi en eten staat. Zodra het nieuwe konijn meer op z’n gemak is, zal het op onderzoek uitgaan en het voorbeeld van zijn maatje volgen.

Zinde­lijk­heid, schijn­zwan­ger­schap en andere hormonale gedragingen

Het kan zijn dat de konijnen eenmaal thuis niet direct zindelijk (meer) zijn, ook als uw eigen konijn dit voorheen wel was. Dit is normaal gedrag en komt omdat ze (opnieuw) de grenzen van het terri­to­rium moeten bepalen. Meestal neemt dit gedrag met een paar weken af. Als u weet waar de konijnen in het algemeen hun behoefte doen, kunt u daar een voldoende ruim konij­nen­toilet (bijvoor­beeld de onderbak van een kattenbak) gevuld met zaagsel plaatsen. De mannetjes konijnen uit onze opvang zijn allemaal gecas­treerd. Heft u zelf een niet-geste­ri­li­seerde voedster, dan kan het zijn dat ze na de koppeling schijn­zwanger wordt. Ze zal dan een nestje gaan bouwen van hooi, stro en haar. Laat haar haar gang gaan en laat het nestje liggen tot ze er niet meer naar omkijkt. U kunt het daarna weghalen. Meestal is het dan over. Haalt u het nestje te vroeg weg, dan kan het zijn dat ze weer opnieuw begint met bouwen. Een niet-geste­ri­li­seerde voedster kan urine gaan sproeien. Dit wordt veroor­zaakt door hormonen en de drang haar terri­to­rium af te bakenen en de baas te spelen. Ook kan ze heftig reageren op de ram of de verzor­gers. Lopen deze gedra­gingen de spuigaten uit, overweeg dan om haar te laten steriliseren.

Accep­tabel en onac­cep­tabel gedrag na een koppeling

We begrijpen dat het best lastig kan zijn om te bepalen wanneer u wel of niet moet ingrijpen na een koppeling. Sommige dingen horen nu eenmaal bij het bepalen van de rangorde, bij de leeftijd (puberen) of bij hormonaal gedrag van een niet-geste­ri­li­seerde voedster. Ons ingrijpen kan dan nadelig werken en een koppeling verstoren.

Accep­tabel gedrag – haal de konijnen NIET uit elkaar

Onder­staand gedrag kan zowel door de voedster als door de ram worden vertoond:

Rangorde bepalen / dominantie 

Op elkaar rijden, vlinderen (op elkaar proberen te rijden), het kopje onder elkaar duwen (degene die het kopje onder de ander duwt, wilt gewassen worden), elkaar achter­volgen of (weg)jagen (zorg voor voldoende schuil­mo­ge­lijk­heden). Bij sommige van deze gedra­gingen kunnen er plukken haar in de rondte vliegen. Wanneer konijnen op elkaar rijden, bijten ze zich vast in de vacht van de ander. Dat geeft niets!

De liefde groeit! 

Nieuws­gierig snuffelen (de konijnen hebben interesse in elkaar), tegen elkaar aan liggen / zitten, elkaar wassen (zeer positief gedrag!).

Overig

Stampen (het konijn is extra alert, bang of boos, meestal duurt dit maar even), knorrende geluidjes maken (vooral de voedsters kunnen dit doen), negeren of onver­schillig gedrag (geef de konijnen de tijd om aan elkaar te wennen), relaxed languit liggen en zichzelf wassen (het konijn is ontspannen / op zijn gemak).

Onac­cep­tabel gedrag – haal de konijnen WEL uit elkaar
Vechten

Er mag geen bloed vloeien! Vechtende konijnen kunnen hard bijten en heel gemeen met hun achter­poten trappen. Ze moeten direct uit elkaar gehaald worden!! Pas hierbij op dat u uzelf niet verwondt. 

Konijn in stress 

Het konijn heeft grote, angstige ogen, de oren plat in de nek, grote neusgaten, ademt snel of blijft apathisch zitten. Soms stopt het met eten.

Overige tips
  • Eén drink­bakje of fles en voerbak volstaat. 
  • Strooi wat van het voer in de rondte, zodat ze moeten zoeken naar hun eten. Hiermee bevordert u het natuur­lijke gedrag van voedsel zoeken.
  • Als er in het nachthok een extra deurtje zit, laat dit dan standaard open. Het zorgt voor een tweede in-/uitgang.
  • Maak de huis­ves­ting schoon voordat de konijnen komen en plaats er wat nieuwe spullen in, of verplaats bestaande mate­ri­alen. Zo is het verblijf voor uw eigen konijn ook nieuwer. Dit leidt de aandacht af van de ander.
  • Zorg dat er onder een laag stro altijd een laag absor­be­rend materiaal ligt, bijvoor­beeld zaagsel, om urine in op te vangen. Zo blijven de konijnen droog. Ook in het toilet is dat nodig. 
  • Vervoer de konijnen vanaf nu altijd samen! Gaat er één naar de dieren­arts, dan gaat de ander mee.

Wij wensen u heel veel plezier en geluk met uw nieuwe leuke huis- of tuingenoten.

bekijk onze konijnen

Meerdere cavia’s

Zorg voor een ruime behuizing (voor twee cavia's minimaal 1 x 0,50 m) met daarin de mogelijkheid dat de dieren elkaar kunnen ontwijken. Een gecastreerd beertje kan pas drie weken na de castratie bij een zeugje gezet worden omdat het sperma nog lang vruchtbaar is. Zo...

Voort­plan­ting konijnen

Konijnen zijn geslachtsrijp op een leeftijd van 3-6 maanden, afhankelijk van het ras. Voedsters worden eerder geslachtsrijp dan rammen. Het is niet verstandig een voedster te laten dekken als ze nog niet volgroeid is (voor het eerste jaar). De jongen De draagtijd van...

Uw konijn koppelen aan een konijn van Animal Home

U wilt (of denkt er over na) uw eigen konijn (te) laten koppelen aan een konijn uit onze opvang. Wat fijn dat u daarmee een konijn uit de opvang een kans op een nieuw thuis en een konijnenmaatje geeft. En ook dat u uw eigen konijn dit gunt. Er zijn twee mogelijkheden...